
Waarom ‘joke rapper’ Lil Dicky best serieus genomen mag worden
Op een mooie dag zei een avontuurlijke knul z’n anoniem luilekkerleventje als accountmanager bij een hoog aangeschreven reclamebureau vaarwel. Doel: rapper worden. Een crowdfundingcampagne om zijn wilde plannen te financieren, bracht maar liefst 43.000 dollar meer op dan het streefbedrag, waarna hij prompt met Snoop Dogg in zee ging. Amper drie jaar later wordt hij tijdens een kille herfstavond op handen gedragen door zo’n tweehonderdvijftig uitgelaten fans in de Ancienne Belgique. A star was born. Zijn naam: David Burd, of zeg maar Lil Dicky.
Dat de hemelbestormer met zelfverklaarde microfallus en supersized ambities volgens onze prognoses kan uitgroeien tot een grootheid in zijn genre – en waarom dat géén grap is – bewijzen volgende vijf vaststellingen.
Not your average rapper
Lil Dicky is door zijn atypische achtergrond – voor een rapper dan toch – een curiosum in het vak. De 28-jarige jongeman groeide op in een Joods middenklassengezin en haalde op een prestigieuze school een masterdiploma in marketing, met grootste onderscheiding bovendien. Al die tijd had de brave student één grote droom voor ogen: rapper worden. Twee lange jaren gleden voorbij vooraleer hij besloot om zijn droom werkelijkheid te laten worden. Hij gaf z’n comfortabel baantje op en de rest is geschiedenis.
Ook met zijn stijl weet Kleine Dicky zich trouwens te onderscheiden van de grote, grijze massa. In ‘Professional Rapper’, zijn eerste, in eigen beheer uitgebrachte lp, werpt hij zich op als de nieuwkomer die het anders wil aanpakken in de rap industry. “Traditionally people have been doing the job the same kind of way for a long time”, klinkt het. Zijn act is een parodie op de stoere gangstarap en de paradox zit hem in de lyrics: goudeerlijk, tongue-in-cheek, soms confronterend, soms zo naïef dat het haast aandoenlijk wordt. Vulgair maar soft tegelijk en áltijd grappig. Een Jonah Hill/Weird Al Yankovic-alliantie van de rap.
Zijn boodschap: be gentle, handle with care
Onder dat typisch laagje vulgariteit dat eigen is aan de rapscene, schuilt een zaligmakende boodschap die, zoals de rest van zijn teksten, bol staat van de bescheidenheid, zelfspot en zelfrelativering. Het verzekert ons dat Kleine Dicky nooit aan grootheidswaan zal lijden. Wie verder kijkt dan z’n ruwe bolster ziet een eeuwige good guy die geen vlieg kwaad doet, niemand wil schofferen en toch scherp uit de hoek kan komen. De thema’s die hij behandelt lijken dan wel niet bijster origineel, zijn benadering is dat des te meer. Een groot deel van zijn oeuvre bestaat uit kleurrijke beschrijvingen van ogenschijnlijk banale conversaties en persoonlijke anekdotes met een hoog ‘keep it real’-gehalte. Geestig en heerlijk herkenbaar, want vaak uit het leven gegrepen. Zijn komische verzen en vredelievende boodschap rukten hem uit het gevestigde rapperskeurslijf en zetten hem pal in de spotlights.
Zo krijgt de fysieke liefde en wat daar allemaal bij komt kijken – een terugkerend thema – een hartverwarmende invulling in ‘Personality’: “We ain’t never been ballers, but we getting pussy with our personality”. Cru gesteld: het is het innerlijke wat telt, lieve jongens en meisjes. Het is de omgekeerde wereld van de oppervlakkige blingblingshow die het grootste deel van de rapscene opvoert. Enkele verzen later predikt Dicky meer eerbied als strategie om bitches te veroveren: “I ain't even strong like that / So average / I ain't tall like that / We just trying to show a little respect / Maybe you go for it”.
Volbloed entertainer
Dat je als joke rapper een beetje insane in the membrane bent, lijkt een van de basisvereisten te zijn voor de job. Salsasaus en druiventrossen in het hongerige publiek kieperen, tot daaraan toe. Doodleuk enkele schellen ordinaire vleeswaren door de massa keilen, is echter nog van een andere orde. En het werd gesmaakt: de zaal ging compleet door het lint. Of, zoals een omstaander het zo treffend wist te verwoorden: “Ik heb nog nooit zo veel mensen zo wild zien worden voor een kipfilet."
Stond verder op het programma: de obligate crowdsurf met champagnedouche, een lapdance met een Chinese vrijwilligster, een gratuite versie van Michael Jacksons ‘Thriller’ (mét bijhorende moves) en enkele geestesverschijningen van Tupac en The Notorious B.I.G.. Ook de betreurde Harambe, de gorilla die dit jaar werd doodgeschoten in een Amerikaanse zoo, kwam ons verblijden met zijn aanwezigheid. Na zijn controversiële dood eerde het internet hem met de ironische rouwbetuiging "Dicks Out For Harambe", wat Lil Dicky bij dezen dan ook in daden omzette; of wat had je gedacht? F*cked up of same old shit: Lil Dicky bespeelt tjokvolle zalen met de flair van een onvolprezen crowdpleaser waar geen enkele sterveling immuun voor is. En oh ja, ook op z’n raptechniek valt niks af te dingen.
No Dicky, no party
Waar Dicky verschijnt, is het feest in de keet. Ook al ben je geen fan van z’n rapkunsten of heb je geen flauw benul wie er op het podium staat, je amuseert je te pletter. Soms ontaardt het boeltje in platte zwijnerijen of braspartijen met college party-allures, maar ach, we zijn maar één keer jong, nietwaar?
Op de rand van de Grote Doorbraak (?)
Met meer dan 234 miljoen (!) YouTube views voor al zijn videoclips samen - waarbij z’n eerste clip een recordaantal van één miljoen views haalde in amper 24 uur tijd - en bijna 2 miljoen maandelijkse luisteraars op Spotify, kunnen we de rapper uit Philly gerust een revelatie noemen. Het invloedrijke Amerikaanse hiphopmagazine XXL gaf hem een plaatsje in z’n jaarlijkse ‘Freshman Class’, waar rijzende sterren een eerste keer kunnen proeven van de roem. Op de ‘Freshman’-erelijst staan onder anderen grootheden als Kid Cudi, Wiz Khalifa en Kendrick Lamar.
Of het grote publiek Lil Dicky in de armen zal sluiten, is echter nog lang niet zeker. Zijn komische rapverzen zijn nog niet tot bij de mainstream-media geraakt en spreken voornamelijk één grote groep aan: de blanke, stedelijke jongemannen. Bovendien kan niet iedereen de baldadige satire van Lil Dicky smaken. Sommige media associëren hem misprijzend met ordinaire college parties, andere critici noemen hem ongeloofwaardig en eerder een clown en performer dan een rapartiest. Zo noemt het populaire Canadees-Amerikaanse magazine Vice hem een “onbenullige klootzak die voortdurend klaagt over het feit dat hij niet zwart is, terwijl hij zich wentelt in blanke privileges”.
Voor of tegen Dicky, vaste waarde of tijdelijk fenomeen: you just can’t ignore him!